Handen
Beschrijving
Wat het kind denkt en voelt, krijgt vorm door te doen. Op onze school is veel ruimte voor werken met materialen. Onze school bruist van de kunstzinnige activiteiten: schilderijen, timmerwerken, kleiobjecten en drukwerken van de kinderen sieren de lokalen en gangen. Beweging is een vanzelfsprekend onderdeel van het leren: in spel, in expressie en in samenwerken. Iedere week krijgen de kinderen les van vakleerkrachten in drama, dans, beeldende vorming, gym en muziek. Ook de wereldoriëntatievakken zijn betekenisvol en projectmatig vormgegeven, leren gebeurt in samenhang.Daarnaast zorgen de kinderen, van jong tot oud, zelf voor hun omgeving. Ze zetten thee, maken tafels schoon, vegen de vloer en ruimen hun klas op. Zo wordt zorgzaamheid iets vanzelfsprekends, iets wat je doet voor jezelf en voor een ander.
Beeldende vorming
Creativiteit, spontaniteit, onderzoekend leren en samenwerken vormen een belangrijk deel van ons onderwijs. Kinderen leren dat hun ideeën waardevol zijn en de ruimte verdienen om uitgewerkt te worden. Ze worden aangemoedigd om nieuwsgierig te zijn, te onderzoeken en zich te ontplooien.
De vakleerkracht krijgt daarbij de vrijheid om met eigen creativiteit en aandacht lessen vorm te geven, niet vanuit een vaste methode, maar vanuit een open houding voor wat mogelijk is. Kinderen werken met hun handen: ze timmeren, plakken, tekenen, boetseren, zagen, zeefdrukken en verven. Niet volgens een vast stappenplan, maar spelenderwijs, vanuit wat zich aandient. Zo krijgen kunstzinnige en creatieve talenten van zowel kinderen als leerkrachten volop ruimte om tot bloei te komen.
Muziek
Bij de jongste kinderen is muziek verweven met het ritme van de dag. Liedjes begeleiden het spel, ondersteunen de dagelijkse routines en dragen spelenderwijs bij aan het leren. De muziek is rustig, harmonieus en toegankelijk, afgestemd op de ontwikkeling en belevingswereld van het jonge kind. In de onderbouw maken kinderen voor het eerst kennis met eenvoudige slaginstrumenten, zoals ritmestokjes, tamboerijnen, triangel en maracas. Deze instrumenten helpen hen gevoel te ontwikkelen voor maat en ritme, wat ook de taalontwikkeling versterkt. De muzieklessen in de onderbouw worden gegeven door een vakleerkracht, met oog voor spel, beweging en klankbeleving.
​
Naarmate de kinderen ouder worden, verdiept de muziek zich. Ze leren luisteren, zingen, ritmes vasthouden en bespelen steeds meer verschillende instrumenten. Het instrumentarium groeit mee: van djembés en boomwhackers tot klokkenspellen, blokfluiten of melodica’s, afhankelijk van de groep en het project. Bij de selectie van muziek staat de educatieve en muzikale kwaliteit centraal. We kiezen bewust voor repertoire dat aansluit bij de ontwikkeling van het kind. In de bovenbouw worden de lessen verzorgd door muzikaal onderlegde leerkrachten, met aandacht voor verdieping en expressie.
Drama
Op de grond liggen kleine rupsjes in hun pop te slapen. Het rupsje begint langzaam te bewegen en strekt een arm uit. En dan nog een. Hij flappert met zijn vleugels. Het rupsje ziet de grond onder zich steeds kleiner worden en vliegt door de speelzaal heen. Eén keer per week beleven de kinderen in de onderbouw zo’n dramales van een vakleerkracht, vaak in de vorm van vertelpantomime: luisteren en verbeelden, kijken en meedoen. Zo ontstaat spel, rechtstreeks uit het kind zelf. In de midden- en bovenbouw verdiepen de lessen zich. Kinderen leren improviseren, scènes maken, samenwerken, reflecteren. Ze gebruiken hun stem, hun houding, hun timing en de ruimte. Doordat ze in de kleuters met dramalessen beginnen zien we door de jaren heen hun zelfvertrouwen groeien en wordt het durven een vanzelfsprekendheid.
Gym en sport
De kleuters krijgen kleutergym in de vertrouwde speelzaal op school. Hier hebben zij de ruimte om hun motorische vaardigheden te ontwikkelen en vertrouwen op te bouwen in wat hun lichaam kan.
Vanaf groep 3 gymmen de kinderen op vrijdag in de sportzaal op de Kerkakkers. Daar krijgen zij les van een vakleerkracht. In een goed uitgeruste gymzaal werken de kinderen op een afwisselende manier aan kracht, uithoudingsvermogen, samenwerking en motoriek. Van tikspelen tot toestellen, van balsporten tot teamopdrachten.
Daarnaast stimuleren we sportiviteit en teamgevoel door deel te nemen aan sport- en spelevenementen die door de gemeente worden georganiseerd. Zo maken kinderen kennis met verschillende sporten en ontdekken ze hoe leuk het is om samen in beweging te zijn
Projectonderwijs
Wereldoriëntatie
Soms begint het leren met een vraag, een verhaal of een lied. In ons projectonderwijs groeit kennis vanuit nieuwsgierigheid en raakt het hart, hoofd en handen. Wat we leren, wordt beleefd, doorleefd en gedeeld. De leerkrachten bedenken de projecten zelf aan de hand van de kerndoelen. Dit zorgt ervoor dat het projectonderwijs levendig wordt vormgegeven. Elk project begint met een theoretische basis over het onderwerp. Al snel krijgt het thema kleur en diepte. In de klas ontstaan proefjes, bouwsels, verhalen, liedjes, schilderijen en toneelstukken. We maken soep van aardappel en ui zoals vroeger, maken muurschilderingen uit de prehistorie of verkleden ons en poseren als de mensen in een schilderij van Rembrandt.
Er wordt gelezen, geluisterd, ontdekt en gedacht. In de kring nemen we de tijd om stil te staan. Wat betekent dit voor mij? Wat roept het op? Wat raakt me? Zo krijgen grote vragen zoals “Wie ben ik? Waar kom ik vandaan? Waar ga ik naartoe?” een plek in het dagelijks leren. Aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en maatschappij zijn geen losse vakken, maar verweven verhalen in één groter geheel. Door samenhang ontstaat betekenis. Kinderen leren niet alleen wat iets is, maar vooral waarom het ertoe doet, in de wereld en in hun eigen leven.
